1) De anticipatieve inbreng
We gaan er voor dit onderdeel vanuit dat jij en je partner niet gehuwd zijn. Immers, een koppel dat gehuwd is en (samen) een onroerend goed aankoopt, zal ingevolge dit huwelijk automatisch meer bescherming genieten in geval van overlijden van één van de partners. Afhankelijk van het feit of de overleden partner al dan niet kinderen had, zal het vruchtgebruik dan wel de volle eigendom van het aangekochte onroerend goed de overlevende partner toekomen, ook al is de woning mogelijks niet (langer) de gezinswoning.
Koop je daarentegen samen een woning aan als feitelijke of wettelijke samenwonende partners, zal je het goed in onverdeeldheid aankopen, d.w.z. dat er geen gemeenschappelijk vermogen bestaat. Ben je slechts feitelijk samenwonend, zal bij overlijden van één van de partners het aandeel dat de overleden partner in de woning bezat, worden verdeeld onder zijn erfgenamen. Als overlevende partner biedt je in dat geval dus weinig bescherming. Hebben jij en je partner een verklaring van wettelijke samenwoning afgelegd, zal enkel het vruchtgebruik op de gezinswoning en de inboedel aan de overlevende partner toekomen. Je doet er mogelijks dus goed aan om in de notariële akte met oog op de toekomst een “anticipatieve inbreng” te voorzien.
Het toepassen van een clausule “anticipatieve inbreng” zorgt ervoor dat ingeval jij en je partner na aankoop van jullie woning besluiten in het huwelijksbootje te stappen, de aangekochte woning automatisch in het gemeenschappelijk vermogen zal worden ingebracht, zonder dat je hiervoor langs de notaris hoeft te gaan. Het bestaan van een gemeenschappelijk vermogen zorgt voor een betere en gemakkelijkere regeling ingeval van overlijden van de één van de partners. Zoals eerder aangehaald, zal in geval van overlijden van één van de partners (afhankelijk van het bestaan van kinderen), het vruchtgebruik dan wel de volle eigendom van het gemeenschappelijk vermogen aan de langstlevende partner toekomen. Las je deze clausule niet in en wensen jullie de woning toch in het gemeenschappelijk vermogen in te brengen, zal er door de notaris een huwelijkscontract moeten worden opgesteld, en dit kan wel wat extra kosten met zich meebrengen. Let wel: een clausule anticipatieve inbreng kan enkel toepassing vinden wanneer het goed ieder voor de helft in volle eigendom wordt aangekocht en indien er wordt aangekocht onder het wettelijk stelsel.
2) Het beding van aanwas
Een tweede mogelijkheid bestaat in het opnemen van een zogenaamd “beding van aanwas”. Dergelijk beding heeft tot gevolg dat wanneer twee of meer personen samen in onverdeeldheid een onroerend goed aankopen, het deel van de eerststervende zal “aanwassen” aan de langstlevende onder hen. Belangrijk daarbij is dat ieder een gelijk aandeel in het onroerend goed bezit én beide partners zijn ongeveer even oud. Dit betreft immers een kanscontract, wat betekent dat de kans dat je partner voor jou komt te overlijden, ongeveer even groot moet zijn als de kans dat jij eerst komt te overlijden. Dit beding biedt vooral een fiscaal voordeel: op het deel van de eerststervende zal geen erfbelasting verschuldigd zijn, maar zal het zelfde registratierecht als destijds bij aankoop worden toegepast. Let wel: dit is daarom niet in alle situaties de fiscaal interessantste optie, gezien de gezinswoning vrij van erfbelasting is. Het toepassen van een beding van aanwas kan in dergelijk geval dus eerder nadelig uitvallen. In geval jij en je partner feitelijk samenwonend zijn, kan dit beding dan wel weer enige bescherming bieden.
Kortom, het loont om bij het aankopen van een woning ook even bij de toekomst stil te staan. Laat je steeds bijstaan door experten, die samen met jou op zoek gaan naar de beste oplossing op maat.